Het schrijven van je onderzoek
Deze pagina laat je de structuur zien die je zal gebruiken voor je onderzoek. Onderaan vind je een beschrijving van ieder onderdeel.
Structuur van je onderzoek:
1. Voorpagina
2. Inhoudsopgave
3. Introductie
4. Onderzoeksmethode
5. Resultaten
6. Conclusie
7. Bibliografie
8. Bijlage (optioneel)
2. Inhoudsopgave
3. Introductie
4. Onderzoeksmethode
5. Resultaten
6. Conclusie
7. Bibliografie
8. Bijlage (optioneel)
Uitleg van de verschillende structuur elementen
Stap 1: Voorpagina
Op de voorpagina staat je naam, titel van je onderzoek, datum van inlevering, naam van je docent. Daarnaast mag je een afbeelding toevoegen die gerelateerd is aan je onderzoek.
Stap 2: Inhoudsopgave
In Word kan je onder het kopje Verwijzingen een inhoudsopgave toevoegen. Als je de kopjes van je onderzoek bij Start > Stijlen > een kop (kop 1/2/3 etc.) geeft, dan komt de kop automatisch in de inhoudsopgave te staan wanneer je deze update (rechter muis-klik op de inhoudsopgave).
Stap 3: Introductie
Een goeie introductie pakt op een formele manier de aandacht van de lezer. Zorg ervoor dat je de volgende dingen benoemt:
1. Het onderwerp van je onderzoek, inclusief de gekozen kunst discipline en thema uit domein B (feit - fictie, schoonheid-lelijkheid) etc.).
2. Waarom je onderzoek relevant is
3. Je onderzoeksvraag en deelvragen. Benoem deze apart in bullet points.
4. Je verteld over je onderzoeksmethode.
5. Wat voor een bronnen je gaat gebruiken (bijv. specifiek theorie van bestaande literatuur, interviews met bepaalde mensen etc.)
6. Welke stappen je gaat ondernemen in je onderzoek (van de analyse tot de discussie etc.). Wat gaat de lezer lezen in jouw onderzoek?
Stap 4: Onderzoeksmethode
Hier schrijf je per onderzoeksvraag een paragraaf over welke stappen je ondernomen hebt. Dit kan lijken op wat je geschreven hebt in je onderzoeksvoorstel, alleen is het nu af waardoor je schrijft over wat je gedaan hebt. Je benoemt hier nog NIET de resultaten. Heb je gebruik gemaakt van observatieformulieren of heb je vooraf interview vragen voorbereid, of heb je een experiment of enquête voorbereid, vroeg die dan hier toe.
Heb je een experiment of observatie gedaan, benoem dat wie er deelgenomen hebben. Bedenk welke informatie over de deelnemers relevant is voor het onderzoek: wie/leeftijd/geslacht/school niveau etc. !!BELANGRIJK!! Je benoemt in een onderzoek NOOIT de namen of andere informatie van je deelnemers dat herleidt kan worden naar de persoon. Gebruik hiervoor bijv. participant 1, participant 2, etc. Zorg dat je dit vermeld aan de deelnemer, dit zorgt voor transparantie.
Is het van belang om de naam van de deelnemer te oefen, zoals bijvoorbeeld wanneer je een kunstenaar hebt geïnterviewd, vraag dan toestemming aan de persoon.
Stap 5: Resultaten
Hierin beschrijf je per deelvraag wat de uitkomst is. Dit is een samenvatting van de informatie en resultaten die je gevonden hebt. Wanneer je geantwoorde enquêtes, ingevulde observatieformulieren, gehouden interviews, ingevulde tabellen etc. gebruikt heb, voeg je het toe aan de bijlage. Zo kan je bij de resultaten verwijzen naar deze informatie. Bijvoorbeeld: informatie X kan herleid worden uit figuur 1. X (zie bijlage X).
!!BELANGRIJK!! Bij de resultaten vertel je objectief (dus zonder jouw mening) over de resultaten die je gevonden hebt. Jouw mening en/of wat het resultaat betekend voor het onderzoek komt pas in de discussie.
Stap 6: Conclusie
In dit onderdeel concludeer je per deelvraag wat de uitkomst van je onderzoek is. Neem in de conclusies mee:
1. Wat betekend de data en de andere resultaten die je verzameld hebt? Zorg dat alle conclusies die je trekt te herleiden zijn naar de resultaten die je gevonden hebt.
2. Waren er beperkingen in je onderzoek? Wat bewijst jouw onderzoek?
Als laatste benoem je wat zou er na dit onderzoek kunnen volgen, stel dat je verder onderzoek zou doen? Zijn er resultaten die uitnodigen tot verder of breder onderzoek?
Stap 7: Bibliografie
In de bibliografie voeg je alle bronnen toe die je gebruikt hebt tijdens je onderzoek. Van literatuur, tot interviews etc. Er zijn verschillende manieren om deze toe te voegen. Op de Weebly > PO4 > Bronnen en verwijzingen vind je meer informatie over hoe je bronnen gebruikt.
Stap 8: Bijlage
Hier zet je alle verzamelde informatie zoals: de antwoorden die uit de enquêtes gekomen zijn, ingevulde observatieformulieren, antwoorden of getranscribeerde (waarin je alles opschrijft wat er gezegd is in de interview) interviews, ingevulde tabellen etc.
Op de voorpagina staat je naam, titel van je onderzoek, datum van inlevering, naam van je docent. Daarnaast mag je een afbeelding toevoegen die gerelateerd is aan je onderzoek.
Stap 2: Inhoudsopgave
In Word kan je onder het kopje Verwijzingen een inhoudsopgave toevoegen. Als je de kopjes van je onderzoek bij Start > Stijlen > een kop (kop 1/2/3 etc.) geeft, dan komt de kop automatisch in de inhoudsopgave te staan wanneer je deze update (rechter muis-klik op de inhoudsopgave).
Stap 3: Introductie
Een goeie introductie pakt op een formele manier de aandacht van de lezer. Zorg ervoor dat je de volgende dingen benoemt:
1. Het onderwerp van je onderzoek, inclusief de gekozen kunst discipline en thema uit domein B (feit - fictie, schoonheid-lelijkheid) etc.).
2. Waarom je onderzoek relevant is
3. Je onderzoeksvraag en deelvragen. Benoem deze apart in bullet points.
4. Je verteld over je onderzoeksmethode.
5. Wat voor een bronnen je gaat gebruiken (bijv. specifiek theorie van bestaande literatuur, interviews met bepaalde mensen etc.)
6. Welke stappen je gaat ondernemen in je onderzoek (van de analyse tot de discussie etc.). Wat gaat de lezer lezen in jouw onderzoek?
Stap 4: Onderzoeksmethode
Hier schrijf je per onderzoeksvraag een paragraaf over welke stappen je ondernomen hebt. Dit kan lijken op wat je geschreven hebt in je onderzoeksvoorstel, alleen is het nu af waardoor je schrijft over wat je gedaan hebt. Je benoemt hier nog NIET de resultaten. Heb je gebruik gemaakt van observatieformulieren of heb je vooraf interview vragen voorbereid, of heb je een experiment of enquête voorbereid, vroeg die dan hier toe.
Heb je een experiment of observatie gedaan, benoem dat wie er deelgenomen hebben. Bedenk welke informatie over de deelnemers relevant is voor het onderzoek: wie/leeftijd/geslacht/school niveau etc. !!BELANGRIJK!! Je benoemt in een onderzoek NOOIT de namen of andere informatie van je deelnemers dat herleidt kan worden naar de persoon. Gebruik hiervoor bijv. participant 1, participant 2, etc. Zorg dat je dit vermeld aan de deelnemer, dit zorgt voor transparantie.
Is het van belang om de naam van de deelnemer te oefen, zoals bijvoorbeeld wanneer je een kunstenaar hebt geïnterviewd, vraag dan toestemming aan de persoon.
Stap 5: Resultaten
Hierin beschrijf je per deelvraag wat de uitkomst is. Dit is een samenvatting van de informatie en resultaten die je gevonden hebt. Wanneer je geantwoorde enquêtes, ingevulde observatieformulieren, gehouden interviews, ingevulde tabellen etc. gebruikt heb, voeg je het toe aan de bijlage. Zo kan je bij de resultaten verwijzen naar deze informatie. Bijvoorbeeld: informatie X kan herleid worden uit figuur 1. X (zie bijlage X).
!!BELANGRIJK!! Bij de resultaten vertel je objectief (dus zonder jouw mening) over de resultaten die je gevonden hebt. Jouw mening en/of wat het resultaat betekend voor het onderzoek komt pas in de discussie.
Stap 6: Conclusie
In dit onderdeel concludeer je per deelvraag wat de uitkomst van je onderzoek is. Neem in de conclusies mee:
1. Wat betekend de data en de andere resultaten die je verzameld hebt? Zorg dat alle conclusies die je trekt te herleiden zijn naar de resultaten die je gevonden hebt.
2. Waren er beperkingen in je onderzoek? Wat bewijst jouw onderzoek?
Als laatste benoem je wat zou er na dit onderzoek kunnen volgen, stel dat je verder onderzoek zou doen? Zijn er resultaten die uitnodigen tot verder of breder onderzoek?
Stap 7: Bibliografie
In de bibliografie voeg je alle bronnen toe die je gebruikt hebt tijdens je onderzoek. Van literatuur, tot interviews etc. Er zijn verschillende manieren om deze toe te voegen. Op de Weebly > PO4 > Bronnen en verwijzingen vind je meer informatie over hoe je bronnen gebruikt.
Stap 8: Bijlage
Hier zet je alle verzamelde informatie zoals: de antwoorden die uit de enquêtes gekomen zijn, ingevulde observatieformulieren, antwoorden of getranscribeerde (waarin je alles opschrijft wat er gezegd is in de interview) interviews, ingevulde tabellen etc.
Lay-out voorwaarden
- Goed gebruik van de Nederlandse taal.
- Het werk is gestructureerd volgens de informatie op de CKV Weebly.
- Lettertype zoals Times New Roman, Arial or Verdana, grootte 10, 11 or 12, lijn afstand 1,5;
- Afbeeldingen moeten een bijschriften hebben. Afbeeldingen moeten passen bij het onderzoek en niet ter opsmuk of versiering.
- Er is een bibliografie lijst waarin alle bronnen vermeld worden. In de tekst wordt er gebruik gemaakt van in-text citeren waar nodig.
- Naam, klas, titel van het onderzoek, datum van inlevering en docent zijn vermeld
- Woordentelling is niet relevant voor het onderzoeksvoorstel. Voor een onderzoek met een leerlingen geldt 750-1000 woorden en een onderzoek met twee leerlingen geldt 1000-1250 woorden. Als er leerlingen meer woorden wil gebruiken, dan moet dit vooraf besproken worden met de docent.