Als onderdeel van P.O. 3 moet je ook individueel schriftelijk werk inleveren. Dit bestaat uit verschillende opdrachten. De eerste opdracht is dat je tijdens dit P.O. zelf een voorstelling moet bezoeken. Dat kan een toneelvoorstelling zijn, maar ook een concert, een dansvoorstelling, of een andere vorm van performance. Om te laten zien dat je geweest bent lever je je kaartje in en schrijf je een korte recensie over de voorstelling (niet meer dan 400-600 woorden). Als je het kaartje nog hebt, mag het ook een voorstelling zijn waar je dit schooljaar al geweest bent. De tweede opdracht is dat je een logboek bijhoudt. Vervolgens schrijf je een korte reflectie schrijft over het P.O. (ook van 400 tot maximaal 600 woorden). Je voegt bijlagen toe om te laten zien wat voor werk je verricht hebt.
Opdracht A. Recensie Schrijf een recensie over de voorstelling die jij bezocht hebt. VOEG JE KAARTJE TOE als bewijs. In de box hiernaast lees je meer over hoe je een recensie kan schrijven. Opdracht B. Logboek In je logboek moet je schematisch aangeven wat je hebt gedaan, met wie, wanneer, waar en hoeveel tijd je er ongeveer aan hebt besteed. Het logboek dat je gebruikt hebt is toegevoegd in de bijlage. Houd dit logboek per les bij vanaf het begin van het maakproces om werk te voorkomen! Opdracht C. Reflectie Je reflectie begint met een bespreking van de manier waarop het thema 'individueel en coöperatief' verweven was in jullie productie en de voorstelling. Dit thema verwijst naar de wisselwerking tussen iets alleen creëren of ergens samen aan werken. Denk bijvoorbeeld aan hoe sommige kunst door één persoon of een klein groepje wordt gemaakt, maar bedoeld is voor een breder publiek van kunstliefhebbers. Denk aan de manier waarop kunst gebruikt kan worden om mensen te verbinden en samen te brengen. Denk in verband met dit P.O. ook na over de verschillende rollen die leerlingen hebben gehad en hoe je individueel taken hebt uitgevoerd als onderdeel van een grotere productie die in een samenwerkingsverband is gemaakt. |
BOX 1. Help! Hoe schrijf ik een recensie?
|
Het grootste stuk van je reflectie bestaat uit het reflecteren op je eigen werk. In deze reflectie begin je met het bekijken van het groepsproces en de voorstelling als geheel. Wat vond je goed en minder goed gaan en waarom? Vervolgens kijk je terug naar wat je zelf concreet hebt gedaan en wat je heel goed vond van je eigen werk en wat nog voor verbetering vatbaar is. Je kunt de volgende vragen als richtlijnen gebruiken:
Schrijftips
Gebruik specifieke acties zoals uitstellen, initiatief nemen, overzicht houden, doorzetten, sjouwen, bouwen, uit je hoofd leren, afwachten, luisteren, samenwerken, nadenken, organiseren, verzetten, etc.
•Hoe ging de voorstelling, wat zou je volgende keer anders aanpakken?
•Welke drempels heb je ervaren en hoe ben je daar overheen gekomen?
•Waar ben je trots op?
•Hoe heeft jouw team gewerkt?
•Wat was jouw eigen aandeel in het proces en de voorstelling, wat zou je anders aanpakken nu je terug kijkt?
•Hoe heb je gewerkt tijdens dit project? Denk aan inzet tijdens de lessen, nakomen van de afspraken met je team, communicatie met andere teams en de regie. Hoe zou je dit volgende keer kunnen verbeteren?
•Als je nu terugkijkt op het proces naar het toneelstuk toe, wat had je nog meer nodig gehad vanuit school?
Opdracht D. Bijlagen
Zorg er tot slot voor dat je een papieren of (link naar een) audiovisueel bewijs van je werk toevoegt aan je reflectie in een bijlage. Dit kan bijvoorbeeld zijn: productieplannen, links naar websites of sociale media, ontworpen posters of tickets, decorplannen, financiële overzichten, licht- en geluidsontwerpplannen, aantekeningen in tekst, film- of fotomateriaal, etc. Verwijs hier indien mogelijk naar in je logboek en/of reflectie. Voeg 2-3 zinnen toe met uitleg over wat we zien in de bijlage.
- Begin met het bekijken van de uiteindelijke productie en het groepswerk als geheel. Hoe heb je de uiteindelijke productie ervaren? Hoe denk je dat het publiek het heeft ervaren? Wat vond je leuk en wat vond je minder leuk?
- Zoom nu meer in op je eigen rol in de productie als geheel. Wat heb je volgens jou goed gedaan en wat zijn dingen waar je in de toekomst aan kunt werken/verbeteren?
- Stel ten minste één doel voor jezelf op voor de toekomst naar aanleiding van een leerpunt dat je uit je ervaring met het maken van het toneelstuk hebt opgedaan.
Schrijftips
Gebruik specifieke acties zoals uitstellen, initiatief nemen, overzicht houden, doorzetten, sjouwen, bouwen, uit je hoofd leren, afwachten, luisteren, samenwerken, nadenken, organiseren, verzetten, etc.
•Hoe ging de voorstelling, wat zou je volgende keer anders aanpakken?
•Welke drempels heb je ervaren en hoe ben je daar overheen gekomen?
•Waar ben je trots op?
•Hoe heeft jouw team gewerkt?
•Wat was jouw eigen aandeel in het proces en de voorstelling, wat zou je anders aanpakken nu je terug kijkt?
•Hoe heb je gewerkt tijdens dit project? Denk aan inzet tijdens de lessen, nakomen van de afspraken met je team, communicatie met andere teams en de regie. Hoe zou je dit volgende keer kunnen verbeteren?
•Als je nu terugkijkt op het proces naar het toneelstuk toe, wat had je nog meer nodig gehad vanuit school?
Opdracht D. Bijlagen
Zorg er tot slot voor dat je een papieren of (link naar een) audiovisueel bewijs van je werk toevoegt aan je reflectie in een bijlage. Dit kan bijvoorbeeld zijn: productieplannen, links naar websites of sociale media, ontworpen posters of tickets, decorplannen, financiële overzichten, licht- en geluidsontwerpplannen, aantekeningen in tekst, film- of fotomateriaal, etc. Verwijs hier indien mogelijk naar in je logboek en/of reflectie. Voeg 2-3 zinnen toe met uitleg over wat we zien in de bijlage.